Afgelopen zondag zag een bericht op mijn facebook van een voor mij onbekende, zoals dit medium dat zo goed kan. Het bericht las; ik zoek nog 2 poetry slammers voor dinsdagavond in de V in Delft. Even zag ik een beeld van mezelf met mn bundel in de hand, “slammend” op de rand van de tafel. Dat kon het niet zijn dus ik besloot het maar eens op te zoeken. Mijn belachelijk overvolle schema en mijn ongeduld liet niet veel tijd om er veel over te lezen, en het zien van; “Voordragen of reciteren van eigen werk” deed mij besluiten om mee te doen. Een paar keer op print gedrukt en de bundel mee moest het maar doen.
Onvoorbereid en impulsief als een goede ram begaf ik me gisteren naar Delft alwaar ik samen met mijn goede vriend Iwan eens aanschoof voor een pintje. Geen zwaar spul, ik had immers mijn tong nog nodig. De eerste dichter die op kwam was duidelijk wel voorbereid. Het papier in zijn hand bleek hij niet nodig te hebben want de flow van bijna rap-achtige zinnen was niet te stoppen. Erg sterk, met een diepzinnige inhoud. Ik moest hem opvolgen als nummer 2 van de 3, en besloot op dat moment, onvoorbereid en maagdelijk als ik was, de diepzinnigheid voor later te bewaren, en mijn meest grove werk de tent in te pluggen.
Het was duidelijk dat mijn 0% voorbereiding en daarmee dus geheel van het papier te moeten werken niet in goede aarde viel. Mijn bewuste keuze voor zinnen zonder interpunctie die altijd terug te vinden is in mijn werk, laat ruimte voor interpretatie over en daarmee struikelde ik soms over wat zaken. Niet heel gek, zeker gezin het meeste werk lang geleden was geschreven. Ook dat viel duidelijk in de smaak. Toch kwamen er wat complimenten los over het feit dat ik een drieluik ten gehore bracht en bepaalde technische zaken had verwerkt in mijn schema.
Nummer 3 gaf mij het meest duidelijke beeld van waar het om ging; de gehele performance. Het reciteren uit het hoofd, het aannemen van een bepaalde houding en het aanwenden van een bepaalde stem. Hij was duidelijk een ervaren entertainer op dit gebied, met mooie humoristische passages voor wie ze wil horen.
In ieder geval was me na ronde 1 wel duidelijk dat ik als enige van de 3 geen idee had waar ik aan begonnen was, maar dat boeide zeker niet. In mijn 2e ronde gooide ik het over een heel ander boeg, en liet mijn kleine, tere werk horen. Enkele tussendoor applausjes gaven me moed, maar ik kon ook hier weer even een paar keer mijn gedachtegang niet terug vinden in werk van 5 jaar oud en struikelde daar door. Het was me wel duidelijk; heren 1 en 3 gingen door naar de finale.
Wat me ook heel duidelijk is geworden is het feit dat veel van mijn werk ongeschikt is voor poetry slam. Met voorbereiding zou ik met een kleine selectie wel kunnen slammen, maar ik geloof niet dat dit een werkelijk doel is voor mij. In eerste instantie zijn mijn gedichten echte lees-gedichten, waarbij er veel ruimte is voor interpretatie, en gaat het directe, waarmee ik bestempeld werd door de jury, er wel een beetje van af. Voordragen vind ik leuk, maar mijn werk hoort niet thuis in een slam, waar tijdsdruk en performance gestalte moeten geven aan iets wat de woorden kunnen doen. Zendtijd en rust zal ze goed doen.
Een leuke ervaring, maar als de kwaliteit moet afhangen van hij die voor draagt, schieten de woorden misschien tekort. Wat doen de woorden met je als je ze leest? Daar ben ik benieuwd naar. Doet het je wat en wat dan? Ik schrijf het gevoel mee in de letters, en om dat te ervaren moet je het zelf lezen. Als ik het aan je voor draag zit ik zeer waarschijnlijk niet in de emotie die ik had toen ik het schreef.
Lees, want de mens is vergankelijk, maar de woorden blijven bestaan…