CLICHEEZEN

Het is misschien afgezaagd om er over te beginnen, maar wie kent de kracht van het cliché? Het is een fantastisch item wat je in de vorm van een uitspraak kan inzetten om vorm te geven aan je luiheid, lafheid of een van de andere achtentwintig dodelijke zonden. Ze zijn ooit gemaakt om iemand anders mee te bestoken, maar tegenwoordig is de zelfspot een maatschappelijk geaccepteerd stukje wangedrag waardoor het cliché nu vaker gericht wordt op degene die hem uit spreekt. Het doel blijft hetzelfde.

Mijn interesse in het cliché gaat zo ver terug als ik me kan herinneren, al is dat moment vaak net voor het middaguur. “Dat weet je nooit” en “Dat zeggen ze allemaal” zijn mijn favorieten, en worden door mij zeker dagelijks in gezet. Dat zou het keurslijf bevestigen dat mannen vaker clicheren dan vrouwen, maar mijn ervaring leert dat vrouwen verdomd vaak te vangen zijn voor een clicheetje of tien en een aardig arsenaal opbouwen in hun leven. “Ik ben blond” en “Mannen denken maar aan een ding” komen het vaakst voor.

Maar de mannen zijn met een inhaalslag bezig en beginnen de versies die op hen zijn gericht, zelf aan te wenden voor persoonlijk voordeel. Zo clicheezen ze als het ware door het leven. Let op en zet hem in waar je kan; “Mannen kunnen toch maar een ding tegelijk?” Dan hoef je alleen maar te zitten, televisie te kijken en bier te drinken om een goed statement te maken dat je al op overcapaciteit zit, en dat het niet het juiste moment is om wat van je te vragen.