HERSENSPINCELS 2: GEVALLEN ACHTERHOOFD

HERSENSPINCELS 2: GEVALLEN ACHTERHOOFD
HERSENSPINCELS 2: GEVALLEN ACHTERHOOFD

maandag 1 augustus 2011

WATERHEID

“Als je af wilt vallen moet je water drinken, want in water zit niks” is de uitspraak die in mijn hoofd blijft hangen hoe meer ik leer over water. Als je meer zekerheid wilt hebben dat er ook daadwerkelijk niks in zit moet je flessen kopen omdat kraanwater je verre van garantie kan geven. Uit flessen heb je die garantie ook niet, maar dan kun je tenminste nog iemand aanklagen. Het waterbedrijf aanklagen lijkt me onbegonnen werk. Wat voor garantie zou je bij je water willen hebben dan? Nou, bijvoorbeeld dat je weet wat je binnen krijgt, ik maak graag een geïnformeerde beslissing over wat ik tot me neem.

“Als je bang bent voor dat beetje bacteriën kook je ze er toch uit?” krijg ik vaak naar mijn hoofd, en daar zit nou net de crux; het gaat niet om de bacteriën, sterker nog als het een beetje mee (tegen) zit hoef je ze er niet uit te koken, heeft het water eigen bestanddelen die dat er uit halen. Allerlei natuurlijke bestanddelen die de mens kunnen deren krijg je er wel uit, maar chemische verbindingen laten zich wat minder makkelijk afbreken en zeker niet uitkoken. Chemische bestanddelen die terug zijn te vinden in ons kraanwater. Cytostatica (chemokuur) en anti-depressiva zijn geen vreemden in ons water meer.

Het is OK om geschokt te zijn nu, maar aan de andere kant is het heel logisch als je de cijfers bekijkt en goed om je heen kijkt. De een na de ander wordt aan de chemokuur gezet, en dat is niet iets om te verzwijgen maar mensen die anti-depressiva slikken zijn er over het algemeen niet erg trots op, dus zullen ze het niet aan de grote klok hangen. Toch zeggen de cijfers dat 60% van de Nederlanders ze wel eens gebruikt hebben en dat gemiddeld 50% van de Nederlanders ze dagelijks in gebruik hebben. De chemische verhoudingen in deze medicijnen zijn moeilijk afbreekbaar en komen door ontlasting in ons watersysteem terecht. Door de hardnekkige samenstelling zal dus ook het volume toe gaan nemen in ons water.

Op dit moment zijn de hoeveelheden danig klein dat ze geen gevaar voor de volksgezondheid zullen opleveren, hoogstens de eerder genoemde bacteriën afremmen. In het kader van “baat het niet dan schaadt het mogelijk wel” zullen we voorzichtiger om moeten gaan met deze zaken. Er zijn namelijk alternatieven.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten